- Klikt U in te tekst op een naam, dan gaat U naar de bijbehorende genealogie - Een genealogie is alleen maar ter verklaring van bepaalde zaken, niet alle broers en zusters genoemd - Je zou eigenlijk van beneden naar boven moeten lezen, de personen die in de tekst voorkomen zijn gelinkt in een geel vlak - Opmerkingen en foto's zijn van harte welkom. Als iemand zijn/haar foto er niet op staat heb ik hem niet (rinsejhbrink@gmail.com) - Keer terug naar een vorige pagina met de back-toets van Uw browser - [... ... ...] = de bron van een foto
|
Wapen Idsinga:
In blauw een zilveren roos met boven en onder een gouden klaver. Soms heeft men
het over groene klavers. Hoe men daar aan komt weet ik niet. Misschien groen
uitgeslagen verguldsel?
Een pauw als
helmteken. Twee
leeuwe
als
schilddragers. De drie in natuurlijke kleuren.
Een:
dat voor
Alef Saeckes Idsinga (1602)
[Wapenboek Hesman, ±1700]. Nog
eenvoudig.
Het is ook afgebeeld op een
grafzerk in de kerk in Dokkum.
Hij was de vader van zowel onze Idsinga's als de Van Idsinga's
Twee: op een zerk voor Sierk Sakes Idsinga (1604-1660) in de kerk van
Jorwerd [HdWalle]
Drie:
Klokopschrift Oosterbierum 1709 voor kerkvoogd Alef Idsinga (1667-1738)
[HdWalle]
Vier: dat van de tak Van Idsinga
[naar Ferwerda's wapenboek, 1760-1781].
Zo is het afgebeeld op elk onderdeel van een Chine de Commande servies van
1785-1790, waarvan
zich enkele stukken bevinden in het Rijksmuseum en het museum
Prinsessehof.
Vijf: dat van dezelfde tak voor Simeon Petrus van Idsinga (1784-1853), nu met schilddragers
[Genealogische kwartierstaten van Nederlansche geslachten, 1900]
Zes:
dat van dezelfde tak voor Jan Coenders van Idsinga (1730-40-1809) [Een Friese jonker op de Waalborg; De Clockeslagh, jrg. 1, nr. 1, mei 2009]
Het wapen boven het artikel zal Jan niet gekend hebben. Het lijkt
mij van veel later. Het is net een Amerikaanse plofkip. Er is nl in de VS ook
een familie Idsinga. Maar je moet een paar paardensprongen nemen om bij
de friese Idsinga's uit te komen.
Deze afbeelding zal er dus wel abusievelijk boven staan.
♦ Hieronder wordt gesproken over Bornwerd, Hiaure en Hantumhuizen. De dorpen liggen niet ver van elkaar in de buurt van Dokkum.
♦
Van Aylva
In een
schrijfdoos, die door de vader van mijn moeder was gebruikt, zat een lakzegelstempel,
dat blijkt van vóór 1536 te zijn. Nu was ik er al achter gekomen dat de schrijfdoos ouder
was dan
mijn grootvader. Dus uit welke familie de schrijfdoos en het stempel kwamen
bleef onbekend. Ik wist niet van wie het wapen was en ook niet dat die stempel
zo oud was. Als kind heb ik
er NB nog mee zitten spelen!
Onlangs werd ik er op gewezen dat dit het wapen van Van Aylva kon zijn.
Nog lang daarna heb ik mij afgevraagd waarom wij in bezit waren van dit stempel. Van een familieverband had ik nooit gehoord. Ik dacht dat dit stempel er misschien was, omdat Ids Pieters Idsinga (1787, zie hieronder) uit Hiaure kwam. Dat ligt niet ver van Bornwerd. Daar hebben een aantal generaties Van Aylva gewoond. Vandaar de toevoeging 'van Bornwerd'. Ids had de stempel misschien op de een of andere wijze verworven. Daar bleef het bij, totdat ik er op gewezen werd dat Saecke Sytzes Idsinga (1502) gehuwd was met Anna Alefs Aylva (1524). Maar ik dacht niet dat Pieter Douwes (1750, zie hieronder) te koppelen was aan Saecke, te meer omdat Pieter de naam Idsinga had aangenomen. Na veloop van tijd ben ik in verveling maar eens gaan zoeken. En wat bleek? Het is wel familie. Hele verre. Dus de stempel moet van vóór haar overlijden in 1581 zijn. Misschien nog wel van haar vader.
De vraag is hoe je Aylva uitspreekt en waar de klemtoon ligt. Gesuggereerd wordt: 'aalwa', 'alewa', 'alua' en 'aluwa'. Ik sluit aan bij het laatste: 'áloewa'. En wel om het volgende. De 'i' of 'y' is een verlenging van de voorgaande klinker. Net zoals bij Oorschot, dat spreek je ook niet uit zoals je het schrijft ('Oirschot'). Frans van Aylva van Bornwerd (1513) werd als student ingeschreven te Leuven als 'Franciscus Sixti Ayluwa', Verder werd de 'u' vaak als een 'v' geschreven in het het latijn op zijn Duits uit te spreken als een 'oe'.
Er bestaan overigens verschillende relaties tussen de Aylva's en de Wynia's, maar die weg ligt niet voor de hand.
Keimpe Wynia was voor de
tweede maal gehuwd met Tieth en voor de derde maal met Wisck Aylva. NB in het
zelfde jaar 1560. Saepck Wynia († 1588) was gehuwd met
Ulbe Aylva. Jelck Wynia was
gehuwd met Douwe Aylva
(†
1572)
Of het moet niet via vererving verkregen zijn, maar op een andere wijze.
Misschien speelt daarbij dat de Aylva's in 1827 waren uitgestorven. Wellicht kan
iemand aan de hand van de vorm van het stempel zeggen uit welke tijd het is
(rjhbrink@hotmail.com).
♦ Na de Franse tijd:
-
Pieter Douwes (1750) uit Hiaure nam in 1811 de naam Idsinga aan. Hij schreef 'Idsenga'.- Zijn zoon Ids Pieters Idsinga (1787) huwde in 1818 Aukje Botes Wynia (1792). Beide waren geboren in Hiaure. Zij gingen eerst in Oosternijkerk wonen. Vervolgens kocht Ids Rintjemastate in Hantumhuizen. Vermoedelijk liet hij de oude stins afbreken en liet er een nieuwe boerderij bouwen. In 1822 werd de eerste steen door zijn twee-jarige dochter Adriaantje (1820) gelegd. In Hantumhuizen verkreeg hij niet alleen Rintjema, waar hij ging wonen, maar ook Tjalma, Oenama en Peyma.
|
Ids
Pieters Idsinga (1787) was eerst boer op Rintjema (Rienkema), later op
Heringa (Horama) De families hadden bijelkaar genomen een enorm landbezit. |
Rintjemastate
werd in 1720 door Harmen Idses (1691)
gekocht. Zijn kinderen namen voor zich en hun nageslacht de achternaam
Rintjema aan. Het bleef bijna honderd jaar in de familie en werd
toen verkocht aan de hieronder genoemde Ids Pieters Idsinga (1787). [tekening door J. Stellingwerff in 1723, er onder staat abusievelijk Peyma |
Eerste steen Rintjemastate 1822 |
Adriaantje Idses Idzenga. Ik was jong en geen besef heb ik met vaders hulp aan dit gebouw den eersten steen gelegd het is God die eeuwig leeft En ons weer een nieuwe woning geeft I.P. Idzenga, A.B. Wynia den 2 Juni 1822 |
Rintjemastate in 1981, het voorhuis lijkt nog van
1822. De boerderij is nu geheel vernieuwd |
Van Rintjema ging het naar Heringa aan de rand van het dorp
Hantumhuizen.
Ids Pieters Idsinga was daar Kerkvoogd. Het echtpaar liet in 1856, vermoedelijk toen ze gingen rentenieren een huis, Paadje 10, in Hantumhuizen bouwen. De eerste steen daarvan werd gelegd door hun
negen-jarige kleinzoon
Ids
Jacobs Heerenga (1847), de oudste zoon van de hierboven genoemde Adriaantje.
Boven:
Paadje 10 Hantumhuizen in 2009 [foto's bewoners]
Ids Pieters Idsinga (1787) en zijn vrouw Aukje Botes Wynia (1792) werden te Hantumhuizen begraven.
Grafzerken in Hantumhuizen
-
Een tweede
dochter van Ids Pieters Idsinga
Pieter Fetzes Meindersma (1830) en Petronella Idses Idsinga (1827) [Alberda album, map 1 en3]
Zie bij Meindersma verder.